Kerstbestand 1914
Deze foto is eind 1914 genomen, op Eerste Kerstdag. Ik vind hem op de voorpagina van de Britse The Daily Mirror van vrijdag 8 januari 1915. De foto is gemaakt tijdens het kerstbestand in het eerste jaar van de Eerste Wereldoorlog. Christmas Truce noemen de Engelsen het; de Duitsers spreken van Weihnachtsfrieden. Bijna honderd jaar geleden. De bewuste foto is door een Engelsman gemaakt, waarschijnlijk met een Vest Pocket Kodak. Dat is een heel gangbare balgcamera in die tijd, en wordt later ook wel ‘the soldiers camera’ genoemd.

De fotograaf dirigeert de militairen op een rij voor een snapshot. Zoals een fotograaf dat doet voorafgaand aan een voetbalwedstrijd. De voetballers geven elkaar nog even een hand en vervolgens schoppen ze elkaar onder de grond. Hier ook, maar dan duurt de wedstrijd nog vier jaar met tien miljoen doden.
De Engelsman rechts van het midden met de sigaret houdt een pop vast; het is een mascotte. Verschillende soldaten roken. Een paar van hen hebben de handen in de zakken; het is een koude dag met vorst. Allemaal op een rij, kijkend naar de camera. Het is een beeld van verbroedering. Het is een niet zo beste foto, maar een slechte foto kan een goede nieuwsfoto zijn.
Het is geen officieel bestand. De Britse legerleiding schrijft dat het om geïsoleerde incidenten gaat. Maar er zijn naar schatting zo’n 100.000 soldaten bij betrokken. Het begint op het moment dat Duitsers op kerstavond de loopgraven beginnen te versieren met kleine, verlichte dennenboompjes, in bezet België en Frankrijk. De Duitsers zingen kerstliederen, de Britten vallen in. Heen en weer over de loopgraven, roepen de soldaten elkaar kerstwensen toe. Uiteindelijk komen de soldaten uit hun loopgraven en wisselen kleine cadeaus, rookwaren en drank uit. De doden van de afgelopen dagen in niemandsland worden in een gezamenlijke ceremonie begraven. De artillerie blijft stil. Op sommige plekken dagenlang. In het Belgische Ploegsteert wordt zelfs een voetbalwedstrijd tussen de frontlinies gespeeld. Op de plek van de wedstrijd staat nu een klein monument. Een klein kruis in het oneindige landschap. Voetbalfans laten daar als eerbetoon nog steeds voetballen achter.
Waar precies de foto gemaakt is, kan uit het bijschrift niet opgemaakt worden. Duitse en Britse troepen poseren broederlijk voor de fotograaf. Dat boezemde de legerleiding angst in. Wat als ze weigeren om verder te vechten? De Verenigde Staten doorbreken als eerste de zelfcensuur in de New York Times om niet over deze gebeurtenis te schrijven. Dat doen ze op 31 januari 1914, zes dagen na het voorval. Zonder foto. De Verenigde Staten zijn nog neutraal in deze fase van de Grote Oorlog. Daarna doet de Britse The Daily Mirror hetzelfde. Het is de pagina waar ik nu naar kijk. Het is intussen 8 januari 1915.
Deze foto heeft er veertien dagen over gedaan om gepubliceerd te worden. Ondenkbaar in deze tijd, waar digitale beelden via de sociale media in luttele seconden de wereld over gaan. Geplaatst over de hele breedte van de pagina. Dat is ongebruikelijk in die tijd; er staan nauwelijks foto’s in de krant. Maar hij stáát in de krant van toen.
Ik ben benieuwd over welke wapenstilstand er na kerst 2014 bericht zal worden op de krantenvoorpagina’s. Koerden gebroederlijk naast IS-strijders? Oekraïners, die kameraadschappelijk met Russische rebellen wodka drinken? Hamas-strijders met Orthodoxe Joden? Voor- en tegenstanders van Zwarte Piet? Zonder woorden, maar wél met een vijfkoloms kleurenfoto. Over de gehele breedte van de voorpagina.